Polar snelheidssensor Bluetooth® Smart
Een reeks factoren kan je fietssnelheid beïnvloeden. Conditie is duidelijk één daarvan, maar weersomstandigheden en uiteenlopende weghellingen spelen ook een grote rol. De meest geavanceerde manier om te meten hoe deze factoren je snelheid beïnvloeden is met de aerodynamische snelheidssensor.
- Meet je huidige, gemiddelde en maximumsnelheid
- Volgt je gemiddelde snelheid om je vorderingen en de verbetering van je prestaties te zien
- Licht maar duurzaam en eenvoudig te bevestigen
Snelheidssensor aan M460 koppelen
Zorg dat de snelheidssensor correct geïnstalleerd is. Zie de gebruiksaanwijzing van de snelheidssensor voor meer informatie over het installeren van de sensor.
Een snelheidssensor kan op twee manieren aan je M460 worden gekoppeld:
- Ga naar Algemene instellingen > Koppelen en synchr. > Ander apparaat koppelen en druk op .
- De M460 start het zoeken naar de snelheidssensor. Draai het wiel enkele malen rond om de sensor te activeren. Het knipperende rode licht geeft aan dat de sensor geactiveerd is.
- Als de snelheidssensor gevonden is, verschijnt Polar SPD xxxxxxxx.
- Druk op Bezig met koppelen verschijnt. ;
- Koppelen voltooid verschijnt als het koppelen voltooid is.
- Sensor gekoppeld aan: verschijnt. Kies Fiets 1, Fiets 2 of Fiets 3. Bevestig met .
- Wielmaat instellen verschijnt. Stel de wielmaat in en druk op .
De eerste fietssensor die je koppelt, wordt automatisch aan Fiets 1 toegewezen.
of
- Druk in de tijdweergave op om naar de pre-trainingsmodus te gaan.
- De M460 start het zoeken naar je snelheidssensor. Draai het wiel enkele malen rond om de sensor te activeren. Het knipperende rode licht geeft aan dat de sensor geactiveerd is.
- De apparaat-ID Polar SPD xxxxxxxx koppelen verschijnt. Kies Ja.
- Koppelen voltooid verschijnt als het koppelen voltooid is.
- Sensor gekoppeld aan: verschijnt. Kies Fiets 1, Fiets 2 of Fiets 3. Bevestig met .
- Wielmaat instellen verschijnt. Stel de wielmaat in en druk op .
Wielmaat meten
Instelling van de wielmaat is vereist voor correcte fietsgegevens. Je kunt de wielmaat van je fiets op twee manieren bepalen:
Methode 1
Zoek de diameter in inches of in ETRTO die op het wiel is afgedrukt. Vergelijk deze met de wielmaat in millimeters in de rechterkolom van de ETRTO-tabel.
ETRTO | Wieldiameter (inches) | Instelling wielmaat (mm) |
---|---|---|
25-559 | 26 x 1.0 | 1884 |
23-571 | 650 x 23C | 1909 |
35-559 | 26 x 1.50 | 1947 |
37-622 | 700 x 35C | 1958 |
52-559 | 26 x 1.95 | 2022 |
20-622 | 700 x 20C | 2051 |
52-559 | 26 x 2.0 | 2054 |
23-622 | 700 x 23C | 2070 |
25-622 | 700 x 25C | 2080 |
28-622 | 700 x 28 | 2101 |
32-622 | 700 x 32C | 2126 |
42-622 | 700 x 40C | 2189 |
47-622 | 700 x 47C | 2220 |
Wielmaten in de tabel zijn richtwaarden, daar de wielmaat afhankelijk is van het wieltype en de bandenspanning.
Methode 2
- Meet het wiel handmatig op voor het meest nauwkeurige resultaat.
- Gebruik het ventiel om het punt te markeren waar het wiel de grond raakt. Trek een lijn op de grond om dat punt te markeren. Duw je fiets op een vlakke ondergrond één complete omwenteling van het wiel vooruit. Het wiel moet loodrecht op de grond staan. Trek een andere lijn op de grond op de plaats waar het ventiel een volledige omwenteling heeft gemaakt. Meet de afstand tussen beide lijnen.
- Bepaal de wielomtrek door daar 4 mm van af te trekken vanwege je gewicht op de fiets.